Van blad cel tot boom toppen
Leiden, Nederland
Een computermodel van de groene planten op aarde
Kunnen we mogelijk leven op exoplaneten waarnemen? Nou, dit hangt ten eerste af van
onze definitie van het begrip leven. Planten zijn zonder twijfel cruciaal voor al
het leven op aarde. Daarom kunnen we onze vraag misschien veranderen in: Kunnen we
planten meten op exoplaneten? Om deze vraag te beantwoorden moeten we eerst
bestuderen en begrijpen hoe we vegetatie op aarde kunnen waarnemen. Alleen dan
zouden we misschien kunnen begrijpen hoe vegetatie er op astronomisch verre planeten
uitziet en vooral: welke instrumenten er nodig zijn om vegetatie op planeten buiten
ons zonnestelsel te kunnen waarnemen.
Aangezien ik me zal richten op het detecteren van vegetatie, wil ik graag meer
kennis opdoen over planten in het algemeen. Tijdens de middelbare school was het vak
biologie niet verplicht voor mij. Zodoende heb ik slechts beperkte kennis over
bladeren, planten, bomen en over de natuur in het algemeen. Wat ik wél weet, is dat
planten een belangrijke rol spelen in de geschiedenis van onze aarde. Ze
absorberen zonnestralen en zetten deze door middel van fotosynthese om een chemische
energie. Op die manier verminderen ze de concentratie koolstofdioxide in de
atmosfeer, verhogen ze het zuurstofgehalte en produceren op die manier essentiële
brandstof voor bijna al het overige leven op aarde.
Behalve dat ze als brandstof dienen, versnellen planten de watercyclus op aarde met
het zogenaamde transpiratieproces. In principe is dat een soort van... zweten.
Wablief? Nou, planten absorberen vloeibaar water via hun wortels en laten hetzelfde
water weer los als waterdamp in de atmosfeer dankzij kleine huidmondjes op hun
bladeren. Slechts een kleine hoeveelheid water blijft achter in de plant.
Oke, cool, dus ik weet wel iets van planten. Alleen hoe kan ik mijn kennis nog meer
uitbreiden? Gelukkig is het tegenwoordig als onderzoeker vrij gemakkelijk om
samenwerkingsverbanden op te zetten tussen verschillende disciplines en instituten.
Vorig jaar raakte ik in contact met het Instituut voor Milieuwetenschappen. Die
ontwikkelden een verbazingwekkend computermodel dat de absorptie, reflectie en
transmissie van zonlicht simuleert zodra het het oppervlak van een plant raakt.
Met dit model kunnen we berekenen hoe de spectrale signatuur van planten vanuit de
ruimte op afstand wordt waargenomen. In de komende weken zal ik overwegen welke
modelschalen interessant zouden zijn voor mijn onderzoek, welke soorten planten ik
zou willen simuleren en nadenken over het belang van temporele veranderingen, zoals
winter en zomer of zon en schaduw.
- Modelschalen: de verschillende schalen waarvoor het mogelijk is om vegetatie te
simuleren kan variëren van microscopische tot macroscopische schaal. Het is
mogelijk om de verstrooiing van licht te modelleren tussen de kleine elementen
zoals individuele cellen of moleculen in bladeren of juist de grote elementen zoals
meerdere bladeren aan boomtakken. We kunnen zelfs bossen simuleren door meerdere
bomen bij elkaar te voegen.
- Plantensoorten: we kunnen tot in de kleinste details specifieke plantensoorten
modelleren. Echter, bij het waarnemen van grote groene gebieden op het aardoppervlak
vanuit de ruimte zien we een gemiddeld signaal van verschillende soorten planten.
Daarnaast hebben we voor sommige plaatsen op de aarde hebben we misschien geen
duidelijk beeld van het soort planten daar aanwezig zijn. Vandaar dat we moeten
nadenken over het berekenen van een aantal algemene gemiddelde signalen van
vegetatie voor diverse locaties op aarde.
- Seizoensgebonden veranderingen: de seizoenen hebben een grote invloed op de
vegetatie, en daardoor ook op de spectrale signalen die wij vanuit de ruimte zouden
kunnen waarnemen. In de lente wordt er meer water in de bladeren (en de bodem)
opgeslagen, terwijl de bladeren in de zomer erg droog kunnen zijn. Bij het
modelleren van individuele bladeren worden dit soort specifieke details over de
hoeveelheden water én of planten in de volle zon of in de schaduw staan, erg
belangrijk.
Dit model klinkt erg veelbelovend! Er moet echter nog een extra berekening worden
gemaakt voordat ik het model kan gebruiken. Op dit moment is de algemene output, van
deze zogenaamde stralingsoverdracht berekeningen, alleen een intensiteit. Voor mijn
onderzoek wil ik vooral weten hoe de polarisatierichtingen van zonlicht dat
verstrooid wordt op planten eruit zien. Daarom zal ik in de komende maanden een plan
opzetten om polarisatie van op planeten verstrooit zonlicht te meten en deze te
implementeren in deze bestaande modellen. Ik zal jullie op de hoogte houden van dit
ontzettend interessante en multidisciplinaire project.